UITKOMSTEN HOVON105-STUDIE

Rituximab niet effectief bij CNS-lymfoom

  • 5 min.
  • Ontwikkelingen
  • Wetenschap

Toevoeging van rituximab aan standaard chemotherapie bij patiënten met Primair Centraal Zenuwstelsel Lymfoom (CNS-lymfoom) is niet effectief. Mogelijk is er wel een subgroep van jongere patiënten die wellicht wel baat hebben bij rituximab. Dat is de uitkomst van de HOVON 105-studie, die begin dit jaar is gepubliceerd in Lancet Oncology.1 Neuroloog en eerste auteur dr. Jacoline Bromberg van het Erasmus MC in Rotterdam vertelt over de studie en andere ontwikkelingen.

Essentieel onderdeel van de behandeling van CNS-lymfoom is chemotherapie op basis van hoge dosis methotrexaat. Aanleiding voor de studie is dat bij systemisch lymfoom de afgelopen jaren duidelijk is geworden dat toevoeging van rituximab aan chemotherapie een positief effect heeft op het behandelresultaat. Maar het effect van rituximab bij CNS-­lymfoom was nog niet eerder onderzocht in een gerandomiseerde studie. ‘Rituximab is een groot molecuul’, vertelt Bromberg. ‘Normaal gesproken komt het niet door de bloed-hersenbarrière. Maar bij CNS-lymfoom is die barrière vaak kapot op de plek waar het lymfoom zich bevindt. Daarom was het interessant om te onderzoeken of rituximab voldoende een CNS-lymfoom kan bereiken. Dat hebben we gedaan in de HOVON105-studie: een gerandomiseerde fase 3-studie met 200 nieuw gediagnosticeerde patiënten met primair CNS-lymfoom van 18 tot

Maak een gratis account aan en krijg toegang tot alle artikelen

Account aanmaken

Heeft u al een account?